Ik kan me de Sinterklaastijd vroeger thuis nog goed
herinneren. De spanningen voordat hij met de boot naar Nederland kwam. De
aankomst die we opgewonden volgden op tv. Daarna onze schoen zetten. En maar
zingen en zingen. Ik zong in bed nog door, tot ik eindelijk in slaap viel. Stel
hij had mijn liedjes niet gehoord. En dan de spanning als we de trap afliepen ’s
ochtends vroeg. Op die dagen waren we extra vroeg wakker. Ik begrijp nu waarom
we niet iedere dag de schoen mochten zetten. De week voor pakjesavond gingen we
op bezoek bij Sinterklaas op mijn vaders werk. Hij ging er iedere dag naartoe
maar wij zagen zijn werkplek alleen met Sinterklaas. En wat kregen we daar
altijd veel snoep! Met pakjesavond was het ook spannend. De hele avond keek ik
geconcentreerd naar buiten, wanneer zou zwarte piet onze pakjes komen brengen. En
ieder jaar kwam hij weer als mijn aandacht iets was verslapt. En beloofde ik
mezelf het volgende jaar nóg geconcentreerder te kijken.
Het eerste jaar dat ik zelf als moeder Sinterklaas kon
vieren, vond ik gewéldig. Mijn oudste was nog een baby, maar mijn man en ik, we
vierden en zongen en maakten plezier. Wat een feest, even waren we zelf weer
kind. En zo werd ieder jaar Sinterklaas een feest. Maanden vooraf begon de
voorpret al. Officieel vond ik het belachelijk dat er al in september
pepernoten in de winkels lagen. Maar stiekem kocht ik ze toch al. Alvast even
proeven, hoe smaakt het ook alweer? Maandenlang speurde ik de krantjes af, alvast
op zoek naar leuke schoencadeautjes. En weken voordat Sinterklaas aankwam
vroegen de kinderen wanneer het zover was. De intocht volgden we natuurlijk op
tv en ook nog live in onze eigen stad. Dan kwam de “schoenvraag”. Wanneer mogen
ze die zetten. Dat kiende ik natuurlijk goed uit, maandagochtend zat er
standaard bij. Heerlijk, het hele jaar komen ze hun bed niet uit op
maandagochtend, maar als de schoen gezet is hoefde ik niemand aan te sporen. Ook
de Sinterklaasfeesten op mijn werk maakten de kinderen mee. Echte super feesten
waar nog lang over nagepraat werd. En tot slot pakjesavond. Ieder jaar spraken
mijn man en ik het scenario uitgebreid door. Waar leggen we de cadeautjes neer
en hoe weten ze dat de cadeautjes gebracht zijn. Een hele organisatie, maar die
spanning en opwinding op de snoetjes waren een waar genot.
En dit jaar? Tja, dit jaar heb ik een knoop in mijn maag als
ik aan Sinterklaas denk. De discussie over de zwarte pieten is in de
zomermaanden doorgegaan. Echt snappen doe ik het niet. Zowel vroeger bij mijn
ouders thuis als nu bij onszelf hebben we nooit de link gelegd met negroïde
mensen. Of aan discriminatie gedacht bij het zien van de zwarte pieten. Zwarte
piet was zwart omdat hij door de schoorsteen kwam. “En omdat je anders kunt
zien dat het de buurvrouw is”, dacht ik er dan achteraan als ik de uitleg gaf.
En Sinterklaas heeft zo’n lange baard omdat hij heel oud is. Maar vooral omdat
de kinderen niet mochten zien dat het ome Wim was natuurlijk. Maar wat doet het
ertoe hoe ik erover denk? De discussie loopt en maakt dat je het gevoel hebt je
te moeten verdedigen als je Sinterklaas viert. Het hele feest heeft een nare
bijsmaak gekregen. Naar de zwarte pieten kijken zonder te denken aan de
discussie lukt niet meer. Het kinderfeest sterft in mijn hart een langzame
dood.
Twee weken geleden heb ik de middelste bij me geroepen. Het grote geheim is eruit. Het had nog wel een jaartje kunnen wachten, maar voor mezelf heb ik het goed gepraat dat het beter is om het nu te vertellen. Onder het mom van “ik kan het beter zelf zeggen dan dat de kinderen op school het doen”. En ik moet zeggen: er is een last van me afgevallen. Nu hoef ik nog maar voor eentje het feest te vieren. En natuurlijk ga ik dat doen. Zodat ook de laatste het feest meekrijgt en kan genieten. Maar wat ik nooit voor mogelijk had gehouden is nu toch waarheid: ik kijk uit naar de tijd dat we Kerst kunnen gaan vieren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten